In deze tijden waarin we de energie-efficiëntie van installaties moeten verbeteren en we verplicht zijn om energiemeters te installeren op elk verwarmingselement, moeten we ook zorgen voor passende temperatuurregelaars, zodat de eindgebruiker zijn warmteconsumptie kan beheren naargelang zijn behoeften.
Het is niet altijd mogelijk om een zoneventiel te gebruiken dat wordt geregeld door een thermostaat, of beter nog, door een chronothermostaat. In dat geval moet een andere oplossing worden gekozen: thermostatische radiatorventielen. Ook deze oplossing brengt installatieproblemen met zich mee die de juiste werking soms in de weg staan, met name de positionering ervan. De juiste installatiepositie is op de toevoerbuis van de radiator, rekening houdend met de stroomrichting zoals aangegeven door de pijl op het ventiel. Daarbij moet de draaiknop zich in horizontale positie bevinden, zodat de thermostaatsensor niet wordt beïnvloed door de temperatuur van het verwarmingselement.
Het wordt afgeraden om het ventiel te installeren met de draaiknop in verticale positie, omdat de warmtestroom van het verwarmingselement dan invloed heeft op de door de sensor gemeten temperatuur, waardoor het ventiel te vroeg wordt gesloten. Wanneer thermostaten gebruikt worden, kunnen er andere problemen optreden die van invloed zijn op de temperatuurmeting, waardoor de verwarming niet goed wordt geregeld en het comfort in de kamers niet optimaal is. Meestal treden deze problemen op bij installatie in een nis, rechtstreekse blootstelling aan zonnestralen en afdekking van de sensor met gordijnen of met een te ver uitstekende vensterbank. In al deze gevallen blijft de warmte van het verwarmingselement in de omgeving van de thermostaatsensor hangen, die daardoor een veel hogere temperatuur meet dan de werkelijke kamertemperatuur, waardoor de thermostaat te vroeg wordt gesloten en de kamertemperatuur onder het gewenste comfortabele niveau ligt. De oplossing voor deze gevallen is het gebruik van thermostaatknoppen met een sensor op afstand. Met dergelijke regelaars kan de temperatuursensor op afstand geplaatst worden, op een plek waar deze de juiste temperatuur kan meten, zodat de opening van het ventiel correct wordt geregeld en de radiator de juiste hoeveelheid warmte uitstraalt. Met deze regelaar kunt u de temperatuursensor (1) buiten de zone plaatsen die wordt beïnvloed door de warmte van het verwarmingselement.
Deze thermostaat kan op twee manieren correct worden geïnstalleerd: 1 – buiten de vensterbank of andere uitsteeksels die de warmtestroom kunnen blokkeren, op ongeveer anderhalve meter boven de grond, of 2 – onder de onderrand van de radiator, waarbij de sensor zich op tien centimeter afstand van het vloeroppervlak moet bevinden. Wanneer de afstandssensor correct is geïnstalleerd, kan de kamertemperatuur geregeld worden volgens de tabel op het instructieblad.
